Het is een interessante ontwikkeling voor het internet, de NFT. Lange tijd gold het motto ‘delen is het nieuwe hebben’, met inmiddels vergeten platforms als Napster en Kazaa waarop internetters digitale muziek uitwisselden die ze net zelf van een CD hadden ‘geript’. Recenter deden platforms zoals Airbnb hun intrede waarbij ‘delen’ vooral over verdienen ging. Met NFT’s is bezitten op een bijzondere manier terug op het toneel.
Wat is er gaande? NFT’s, non-fungible tokens, zijn op blockchain gebaseerde waarde-eenheden, tokens, met een unieke ID gekoppeld aan een onderliggend goed. Een blockchain is een soort digitale database waarin transacties worden bijgehouden die voor eenieder zichtbaar zijn. De meest gebruikte blockchain voor een NFT is Ethereum, maar NFT’s worden ook op andere blockchains aangehouden. De waarde van een NFT is afgeleid van het feit dat het niet-inwisselbaar (non-fungible) is, wat betekent dat het token niet kan worden vervangen door een identiek token, waardoor het inherent schaars is. De onderliggende goederen zijn digitale schilderijen, liedjes en filmfragmenten, maar ook kattenplaatjes en pixel art. Die gaan inmiddels van hand tot hand alsof we nooit anders deden. Sotheby’s veilt twee keer per jaar digitale werken en in de gamewereld is een subcultuur ontstaan van handelaars in game-attributen zoals hoedjes en geweren. De Bored Ape Yacht club is de bekendste NFT-community, waar beroemdheden als Jimmy Fallon, Eminem en Post Malone tonnen aan plaatjes van verveelde apen in hun digitale portefeuilles beheren.
Er schort echter heel wat aan deze eigendomsaktes. Het ‘bezitten’ van een NFT is in de regel zeer beperkt. Een NFT is geen claim op een goed maar een certificaat, dat een link naar het object kent plus een handtekening van de maker. Een NFT draagt in de regel alleen het recht voor eigen gebruik over en het recht om het te tonen op een veiling als je het weer van de hand doet. Een veelvoorkomend gebruik is het uitwisselen van je plaatjes in een NFT-community, zoals de Bored Apes.
Verkapte derivatenhandel
De vraag blijft waar dit alles toe dient. Als koper is het mogelijk om te pochen met je digitaal bezit, maar blijf je in feite van rechten verstoken. En waarom zouden we al die dingen willen digitaliseren en verhandelen? Voor sommige makers is het een legitiem verdienmodel, maar wat vooral opvalt is de willekeur en speculatie. Het mogelijke aanbod is schier eindeloos, het actuele aanbod gaat van hot naar her. In de NFT-database staat de laatste scheet van een minderjarige TikTokker schouder aan schouder met een heuse bedrijfsfusie, om vervolgens overspoeld te worden door computergegenereerde variaties op een verveelde aap. De oprichter van Wikipedia verkocht een ‘impressie’ van de eerste wikipagina voor enkele tonnen om vervolgens als verrader onthaald te worden op zijn eigen platform. Dat smaakt niet per se naar meer.
Wat opvalt is dat veel kopers én makers met open ogen in de rammelende techniek lopen. Het blijkt dat veel NFT’s slechts naar de webadressen van objecten linken, zonder enige garantie dat die objecten daar blijven staan. Alle blockchainbravoure ten spijt kunnen werken op dit moment makkelijk offline worden gehaald door procedures tegen de cloudservices waar de afbeeldingen op gestald staan.
Wat is zo’n eigendomsbewijs dan waard? Wordt het erkend? Als ik jou een schilderij geef en ik houd de daaraan gekoppelde NFT – waarvan jij niet weet dat die bestaat – in mijn achterzak, ben jij dan wel of niet de bezitter van dat schilderij? De juristen zijn er nog lang niet uit, en het vooruitzicht van ellenlange discussies over de waarachtigheid van de NFT-revolutie verveelt ons al.
Een NFT is in feite een derivaat en de dynamiek rondom NFT’s heeft dan ook veel weg van derivatenhandel. Maar waakzaamheid is gepast. Zelfs de centrale banken zijn in korte tijd na de introductie van cryptomunten met digitaal geld aan de slag gegaan: zij vonden dat ze niet konden achterblijven. Interessant, maar geld en eigendomsbewijzen bestaan al en de crypto’s zaaien op dit moment maar verwarring. Aangezien de techniek nog altijd bijzonder veel energie verbruikt, is het bij NFT’s de vraag waarom het paardenmiddel ‘blockchain’ van stal moet worden gehaald voor iets dat rammelt, twijfelachtig nut heeft en sowieso conventionele alternatieven kent.
Gokhal
Nog schrijnender is het piramidespel, dat in de schaduw gespeeld wordt. Ook dat kennen we nog van de bitcoin en andere cryptomunten. Aan de onderkant van de piramide bevinden zich de tieners en hobbyisten die het digitale equivalent van voetbalplaatjes ruilen. Vervolgens heb je de vele hobby-investeerders die gaan handelen op een toch wel heel eigenaardige markt. Bovenaan de piramide staan de winnaars: de oprichters van de handelsplatformen, de vroege investeerders in cryptosystemen (waaronder ook de ontwerpers ervan) en de paar geluksvogels (vaak al bevoorrecht) die een gehypet NFT-object voor stevig geld weten te verpatsen. De rijkdom van enkelen financieren door steeds weer nieuwe groepen goedgelovigen te laten instappen: dit patroon zijn we beu. Laat de crypto-adel die de cash heeft liggen voor dit soort werk maar lekker spelen; het zijn de gewone internetters voor wie we deze nieuwe hype moeten bevechten en saboteren. Het internet zou geen gokhal moeten zijn die gewone mensen – met een gemiddeld technisch en economisch inzicht – vogelvrij laat.
Tegenover een klein, nuttig toepassingsgebied van NFT’s staat dus een groot veld van speculatieve, eigenaardige en dubieuze activiteit. Veelal onschuldig, maar de gangmakers achter NFT-handel bestaan niet uit idealisten strijdend voor een democratisch internet, maar uit een kleine groep digitale cowboys met libertarische trekjes. Daar willen wij ver van blijven.