Wind en warmte, dat zijn de peilers waarmee het kabinet in 2023 aan de zestien procent duurzame energie wil komen. Vorig jaar werd het Energieakkoord beklonken met daarin de grootste rol aan windenergie, en begin deze maand kwam de Warmtevisie naar buiten waarin het nuttige gebruik van industriële restwarmte centraal staat.
Weerstand
Beide vormen van energie stuiten echter op weerstand van de betrokken bevolking. Windmolens worden zowel op land als op zee verfoeid om de ‘vervuiling’ van het uitzicht – in Noord-Holland raken publiek en politiek niet over het visuele leed uitgepraat. Bij restwarmte is de weerstand minder triviaal. Als eenmaal wordt gekozen om een wijk van een warmtenet te voorzien, moet elk huishouden verplicht op die ‘stadswarmte’ over. Stadswarmte is relatief prijzig. Huishoudens die zonnecollectoren willen plaatsen of andere vormen van kostenbesparende, duurzame warmte willen opwekken, kunnen naar hun autonome plannen fluiten.
Gratis!
Of je nu wordt geconfronteerd met suizende windmolenwieken of een warmtebron krijgt opgelegd, vrijheid inleveren zonder compenserende beloning is niet fijn. Een beloning is echter makkelijk geregeld. Een maand geleden bepleitte Miko Flohr op deze website om bewoners jaarlijks een gratis hoeveelheid energie te verstrekken. “Alleen al de mogelijkheid om min-of-meer quitte te spelen kan mensen ertoe aanzetten bewuster met energie om te gaan,” zo redeneerde hij daarbij. Dat plan is minder wappie-wappie dan je misschien zal denken. Vlamingen zijn, dankzij de ‘gratis’-gedachte van de onlangs tragisch omgekomen sociaaldemocraat Steve Stevaert, reeds bekend met zo’n basisvoorziening. Zij krijgen jaarlijks niet alleen de eerste honderd kilowattuur stroom gratis, maar ook de eerste vijftien kubieke meter drinkwater was kosteloos.
De Vlaamse regering besloot vorige week echter de regeling per 2016 af te zullen schaffen. Visie? Nee, een bezuinigingsreflex van de conservatieve coalitie. Conservatieven zijn überhaupt niet zo van de gratis-gedachte. Waarom zou de overheid zomaar energie moeten uitdelen? Het lijkt wel op die onnozele aandacht voor het ‘basisinkomen’ van de laatste maanden! Inderdaad, het zijn loten van dezelfde stam. Maar ga eens na: de energiebelasting is nu sterk degressief, met tarieven voor huishoudens die wel tweehonderd keer zo hoog zijn als voor grootverbruikers. Daar weegt de heffingskorting niet tegenop. En ondanks de daling van de olieprijs zien Nederlanders de prijzen aan de pomp nog altijd stijgen, zodat een steeds groter deel van ons inkomen aan brandstof en stroom opgaat.
Groen rantsoen
Door nu het probleem van de gestrande koopkracht te combineren met het tot in het moeras doorgepolderde klimaatvraagstuk, is het energiebeleid nieuw leven in te blazen. Geef de inwoners van de betrokken wijk een forse korting op de energierekening, bijvoorbeeld in de vorm van een gratis hoeveelheid stroom en warmte. Zo’n groen rantsoen is een intelligent smeermiddel om het draagvlak voor verduurzaming te vergroten. De ‘getroffen’ huishoudens worden zo deelnemers en een soort aandeelhouders van de publieke inspanningen om van vervuilende energiebronnen af te stappen. Was Stevaerts regeling gekoppeld geweest aan een duurzaamheidsagenda, dan had ze wellicht stand kunnen houden. Vanuit het perspectief van de overheid is de publieke acceptatie van verduurzaming immers een goede tegenprestatie voor het gratis uitkeren van basisvoorzieningen.
Geld stuurt
Het bestedingsgedrag van de overheid is één van de belangrijkste bronnen van innovatie en sturing die we hebben. En geld is er. Het Rijk heeft een flinke pot klaar voor het vergroenen van de energievoorziening, bijvoorbeeld voor de Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+, alleen al 3,5 miljard euro in 2015). Dat geld gaat echter nog steeds grotendeels naar het bedrijfsleven. Investeren in groene bedrijvigheid is belangrijk, maar het werkt beter als de burger ook meeprofiteert van lokale, schone energienetwerken.
Energiebeleid was altijd al een kernkwestie binnen de overheid en de politiek, maar wordt het nog meer door de noodzaak tot vergroening van de economie, waarbij energie dichtbij huis wordt opgewekt. Ook de kift om de Groningse gaswinning laat zien dat het anders moet. Niet alleen de lasten van energiewinning moeten worden vermaatschappelijkt, maar ook de lusten, door de mensen er (financieel) deelgenoot van te maken. Doe dat gericht op basis van de wijken of regio’s die getroffen worden – geheel in de stijl van de decentralisering van het bestuur die recent is ingezet.
Dit artikel verscheen op ThePostOnline